Kamp Duinkerke: Een oorlogsgebied in Europa
FEBRUARI 2016
Vluchtelingen en vrijwilligers die enkeldiep in de modder staan, daartussen een kind op blote voeten, een dode rat en eindeloze hoeveelheden omgewaaide tenten en vuilnis. Het is een ongekend beeld voor Europa, maar de realiteit van het snel uitdijende vluchtelingenkamp Duinkerke in het Franse plaatsje Grande-Synthe. Een veel gehoorde aanname bij burger en media is dat de mensen die hier verblijven het ‘zichzelf’ aan doen. Is dit ook zo? Fotografe Suzanne Jager en journaliste Dorèndel Overmars van Vluchtelingen in Europa brachten een aantal dagen door in het kamp en spraken er met de bewoners.
Wie leven er in het kamp?
Voornamelijk mensen uit Irak en Iran, bijna allemaal Koerden en enkele van hen zijn Perzen en Arabieren. Daartussen lopen nog een paar Syriërs en er verblijft een handjevol Vietnamezen. Het aantal is niet officieel geteld en er komen en vertrekken dagelijks mensen, maar in de (sociale) media circuleren aantallen rond de 2500, waarvan enkele honderden kinderen.
Willen al deze vluchtelingen naar het Verenigd Koninkrijk?
Als je rondloopt met een notitieblok en een beetje betrouwbaar kijkt, klampen heel wat vluchtelingen je aan. Tientallen willen zich inschrijven voor asielregistratie in Frankrijk of denken dat we hier zijn om een lijst samen te stellen van mensen die naar het Verenigd Koninkrijk (VK) mogen. Eén persoon wil zich opgeven om terug naar Irak te keren.
De meeste vluchtelingen hebben geen idee hoe ze uit deze misère komen. Ze wachten op hulp van de overheid, smokkelaars of wagen zelf een poging om naar het VK te komen. Sommigen dromen al jaren van een leven in het VK en velen hebben er familie wonen, maar een deel wil ook graag asiel in Frankrijk of ergens anders in Europa. Ze hebben echter geen idee waar te beginnen.
Het deel dat niet in Frankrijk wil blijven, heeft vaak slechte verhalen gehoord over de asielprocedures. Dit beeld wordt bevestigd door een onderzoek dat Human Right Watch eind 2014 deed in het naastgelegen en grotere vluchtelingenkamp in Calais. Vorig jaar leefden er heel wat mensen in Calais die al maanden asiel hadden aangevraagd in Frankrijk, maar geen verblijfplek kregen. Uit datzelfde onderzoek bleek dat de Franse politie veelvuldig geweld gebruikt tegen de asielzoekers, wat de behoefte om uit Frankrijk te vertrekken vergroot.
Wie bevoorraden het kamp?
Artsen Zonder Grenzen is sinds half januari zes dagen per week aanwezig in Kamp Duinkerke. Zij helpen mensen met medische klachten. Verder zijn er meerdere vrijwilligersgroepen actief waaronder het Britse Aid Box Convoy (ABC), het Belgische Hart voor Bredene en er komen steeds meer Nederlanders. Allemaal burgers die zich met vereende krachten inzetten voor het verlenen van naastenliefde. De vrijwilligers werken bewonderenswaardig goed samen onder aanvoering van ABC. Ze weten ondanks vele belemmeringen dagelijks betere faciliteiten in het kamp te creëren, waaronder gemeenschappelijke keukens, wandelpaden van pallets en verwarmde tenten voor gezinnen. Ook komen heel wat mensen (reeds bereid) eten brengen naar het kamp of koken ter plaatse.
Hoe leven de mensen er?
In een zeer grote, koude en natte puinhoop. Er staan honderden tenten die regelmatig omwaaien of onder water lopen. Kleding en schoenen worden snel nat en zwerven vervolgens door het hele kamp rond. Van sommige producten wordt veel te veel aangeleverd, terwijl aan anderen een totaal gebrek is.
In het midden van het kamp zijn circa tien chemische toiletten en vooraan is een wasbak met vier kraantjes waar schoon water uitkomt. Ook is een gemeenschappelijke keuken. Voor een kamp met circa 2500 mensen is dat veel te weinig. Een deel van de vluchtelingen lost het gebrek aan hygiëne op door af en toe het plaatselijke zwembad te bezoeken.
Wat doet de overheid aan deze situatie?
Het beleid rondom het kamp is zeer grillig. Neem bijvoorbeeld het toegangsbeleid van spullen, dat is van complete willekeur. Het ene moment staan er vier politiemannen die iedere tas minutieus onderzoeken. Ze weigeren dan alles wat ervoor zou kunnen zorgen dat mensen in het park verblijven (zelfs slaapzakken) terwijl het natuurlijk allang een verblijfplaats is. Het andere moment is er geen agent te bekennen.
Het Verenigd Koninkrijk houdt zich vooral bezig met voorkomen dat de vluchtelingen bij hen terecht komen. De Franse overheid is vooral in een onderlinge strijd verwikkeld. De burgemeester vroeg de nationale overheid meermaals om hulp en benaderde bij gebrek aan respons uiteindelijk AZG. Inmiddels wordt er vlakbij een nieuwe professioneel kamp gebouwd en grotendeels gefinancierd door Artsen Zonder Grenzen. Dit kamp gaat bestaan uit 500 grote geïsoleerde tenten en geasfalteerde paden.
Of en in welke getalen de vluchtelingen daadwerkelijk naar dat kamp zullen gaan, zodra het geopend wordt, is nog onduidelijk. Velen vrezen dat ze dat kamp ’s avonds niet mogen verlaten en het een manier zal zijn om ze tot een asielaanvraag in Frankrijk te dwingen. Ook ligt het geïsoleerder: verder weg van winkels en dergelijke dan het huidige kamp.
Hoe proberen de vluchtelingen in het VK te komen?
Met gevaar voor eigen leven wagen de vluchtelingen af en toe (de een dagelijks, de ander een paar keer per maand) een poging om over te steken. Ze vertrekken vaak in groepjes onder begeleiding van een smokkelaar naar vrachtwagen stopplaatsen. Niet alleen in de omgeving, maar ook verder naar Parijs, de grens met Spanje enzovoort. Daar klimmen ze zonder dat de chauffeur dit weet in de laadruimtes van vrachtwagens of verstoppen ze zich (zeer gevaarlijk) aan de onderkant op de as tussen de banden.
Uiteraard zullen er ook vrachtwagenchauffeurs zijn die tegen betaling grote groepen proberen te smokkelen. Vooral de gezinnen lijken hierop te wachten.
Welke kant de vrachtwagen op gaat is vaak niet zeker. De vluchtelingen komen uren later in verschillende landen terecht, zoals Spanje, België of Nederland. Terugkomen naar het kamp gaat overigens eenvoudig, je koopt een treinkaartje naar station Duinkerke.
Wat kost het smokkelen?
Veel smokkelaars werken op een no cure, no pay basis. Wie de overkant haalt, betaalt 4000 pond. Voor 8000 pond wordt een 100 procent smokkelgarantie geboden. Dan ga je met een auto. De vluchtelingen die niet zo veel geld hebben, ondernemen zelf pogingen.
Hoe groot is de pakkans?
Wie wel de gewenste kant op gaat, heeft een grote kans om gepakt te worden. De Franse politie patrouilleert en controleert zeer intensief in de omgeving. Dagelijks worden honderden vluchtelingen uit laadruimtes getrokken of gevonden in het woud. Een enkeling wordt opgepakt en moet mee naar een politiebureau, maar het gros wordt door de politie afgezet bij het busstation of het kamp.
In de haven gebruikt de douane een zogeheten heartbeat detector. Middels vier sensoren op een vrachtwagen wordt waargenomen of er een hartslag is in de vrachtwagen. Zoja, dan wordt de laadruimte opengemaakt en minutieus onderzocht.
Vluchtelingen beweren dat deze heartbeat detector minder goed werkt bij temperaturen van -20. Dit heeft als gevolg dat velen zich verstoppen in koelwagens. Een uurtje in een koelwagen schijnt ‘goed te doen’ te zijn, maar langer is penibel. Wij troffen onder meer een jongen die in een koelwagen terecht was gekomen die de ‘verkeerde’ kant op ging. Hij kwam na circa 4 uur in -30 terecht in Spanje en gaf aan dat het zijn hersenen beschadigd heeft.
Hoeveel vluchtelingen redden de oversteek?
Officiële cijfers hierover zijn er niet. De meeste vrijwilligers en vluchtelingen schatten dat zo’n vijftig vluchtelingen per nacht de oversteek halen. Dit cijfer circuleerde ook al in 2007 toen er slechts enkele honderden vluchtelingen in Calais en Duinkerke verbleven.
In 2014 besloot het VK om 12 miljoen pond te investeren, verdeeld over drie jaar, om de veiligheidsissues bij Calais aan te pakken. De toenemende intensiteit van de controles en de toenemende groei van vluchtelingen die een poging waagt, zouden het dan dus tegen elkaar afleggen. Procentueel gezien wordt het dan steeds moeilijker om de oversteek te maken. Dit betekent dat bij dit beleid de kampen in de komende jaren alleen maar verder groeien.
Mag wie de oversteek haalt dan ook blijven?
Dit beeld leeft wel onder de asielzoekers die wij spraken. De gedachte is: ze kennen onze situatie en accepteren ons meteen als we aan de overkant zijn. Dit beeld wordt vaak gevoed door familieleden die een status hebben gekregen.
Het aantal vluchtelingen uit Iran dat asiel kreeg in het VK was in het eerste acht maanden van 2015 niet hoger dan elders: 56.6 % van hen kreeg een verblijfsvergunning, tegenover 58.8 % in Nederland en 59,1 % in Duitsland.
Bijna alle Irakezen (98 %) kregen vorig jaar in Frankrijk en Duitsland een verblijfsvergunning. Dit zal dit jaar vermoedelijk veranderen om dat in oktober besloten werd dat dat delen van Irak, waaronder de Koerdisch Autonome Regio (KAR) en Bagdad inmiddels veilig genoeg zijn om te wonen en naar terug te keren.
De verblijfsomstandigheden zijn wel wat beter te zijn in het VK. Asielzoekers krijgen daar vaak vlak na het indienen van een asielaanvraag een eigen woning toegewezen. Dit is een enorm verschil met landen als Frankrijk, Duitsland en Nederland waar mensen lang in (over)volle asielzoekerscentra zitten.
Hebben vingerafdrukken hier invloed op?
Sommige vluchtelingen hebben op de tocht hier naartoe in een ander land al vingerafdrukken afgestaan. Dat dit niet handig is, weten de meesten wel. Maar tegenover het Dublinakkoord (dat mensen asiel moeten aanvragen in het eerste land waar ze geregistreerd worden en een volgend land ze daar naartoe terugstuurt) staan veel positieve verhalen. Van een broer die in 2008 in Frankrijk en België vingerafdrukken afgaf, maar nu toch een Engels paspoort heeft. Van een vriend die eerst terug moest naar Hongarije vanwege de vingerafdrukken, maar uiteindelijk toch in het VK mochten blijven. Het zijn vermoedelijk uitzonderingen op de regel, maar wel uitzonderingen die de kampbewoners vertrouwen geven en hoop op een goed leven aan de overkant. En hoop doet leven, ook in een koude en natte modderpoel.
Noot van de redactie:
Dit artikel werd geschreven na een bezoek aan kamp Duinkerke in januari 2016. Medio maart 2016 werd het tentenkamp in Grande Synthe opgeheven en werden de ‘bewoners’ verplaatst naar een door Artsen zonder Grenzen gebouwd kamp een stukje verderop. Daar leven mensen in een kamp dat grotendeels bestaat uit houten gebouwtjes en semi geasfalteerde wegen.
Lees ook:
Portret 1 – Duinkerke – Januari 2016: ‘Ik dacht dat ik alsnog dood zou gaan’
Portret 2 – Duinkerke – Januari 2016: ‘Gehandicapt kind doet niemand wat’
Portret 3 – Duinkerke – Januari 2016: ‘Ik kan niet wegkijken’
Portret 4 – Duinkerke – Januari 2016: ‘12.000 dollar om hier te komen’
Portret 5 – Duinkerke – Januari 2016: ‘We wachten op David Cameron’